Pleasegedrag. Geven, geven, geven, niet krijgen

Wieteke Snijder coaching en advies, pleasegedrag, de regie pakken, aan de slag

Pleasegedrag. Geven, geven, geven, niet krijgen

Mijn vader had een voltijdbaan. Mijn moeder had haar handen vol aan het huishouden en bestieren van het grote gezin met vijf kinderen. Als oudste meisje had ik al heel jong precies in de gaten wanneer het thuis fijn en gezellig was en wanneer de stress van het leven te groot werd. Een deel van de stress ging over of er voldoende geld was voor de boodschappen. En hoewel mijn ouders de zorgen inhoudelijk bij ons weghielden, ondervond ik als kind wel de gevolgen. 

‘Het ligt aan mij’ 

Die gevolgen die eruitzagen als vluchtige aandacht, minder geduld, weinig betrokkenheid bij mijn bezigheden, vaker klusjes krijgen, betrok ik op mijzelf. Hoe klein ik ook was, trok ik de conclusie dat ik te veel was. Dat mijn aanwezigheid stressverhogend werkte. En dat wilde ik niet. Ik hield van harmonie, gezelligheid. Ik wilde graag leuke aandacht. En ik dacht dat ik daar invloed op had. 

Voelsprieten aan en gaan

Mijn kunst werd me inspannen om zo precies mogelijk in te schatten hoe de vlag erbij hing bij mijn moeder. Sfeer proeven. Peilen of er ruimte was voor mij. Was die ruimte er niet, dan maakte ik mij onzichtbaar. Dan zorgde ik dat ik niet in de weg liep. Dan maande ik mijn broer of zusjes tot kalmte als er tijdens het spelen ruzie dreigde te komen. Om mama te ontlasten. Volgde zonder morren orders op. Door mijn gedrag aan te passen aan wat ik dacht dat van mij verwacht werd, probeerde ik mezelf te beschermen tegen afwijzing en kritiek. Was er ontspanning, dan kon ik vertellen over wat ik had meegemaakt. Of grapjes maken, liedjes zingen. Als ik goed meehielp en geen ruzie maakte, kreeg ik complimentjes. Mijn moeder prees hoe handig ik was. Dan voelde ik mij even gezien. Moeder blij, ik blij.

Ook het goede voorbeeld geven

Als oudste meisje had ik niet alleen mijn ‘taak’ om te zorgen dat mijn moeder het drukke gezin en huishouden aankon. Ik moest ook Groot zijn. Niet meegaan in kinderlijk gedrag. Verantwoordelijk en zuinig met de spullen omgaan. Mijn zusjes helpen. Inschikkelijk zijn, een ander wat gunnen, in het belang van het gezin denken, doen wat er van me gevraagd werd en me voegen naar de omstandigheden. En dat alles liefst zonder morren. En niet in de laatste plaats moet ik als oudste meisje natuurlijk het Goede Voorbeeld geven. 

Pleasegedrag ontmaskerd

Wat ik toen niet wist maar nu wel, is dat dit pleasegedrag heet. En dat ik er echt heel goed in was geworden. Als klein kind heb ik hard geoefend, maar toen ik ouder werd, bleef het gedrag bij me. Ik was gewend geraakt aan af te stemmen op de anderen en te voldoen aan de wensen en behoeften van anderen ten koste van mijzelf en mijn eigen verlangens. Het maakte me boos en putte mij uit. 

Ook pleasen in mijn relatie

Onwetend over mijn overlevingsmechanisme ging ik in volwassenheid door met mijn pleasegedrag. Ik had geen andere manier om in het leven te staan. Door het mijn man, mijn werkgever, collega’s, ouders, letterlijk iedereen naar de zin te maken, kon ik me goed voelen over mijzelf. Ik deed wat ik dacht dat anderen van mij verwachtten en vergat totaal ten denken aan wat ik zélf leuk vond om te doen. Waar ik van oplaadde en wat mij gelukkig en blij maakte. Terwijl ik eigenlijk juist zo verlangde naar rust, zorg en aandacht voor mij. Ook in mijn relatie. Van binnen ontstond een conflict. Ik was aan het geven, geven, geven en niet krijgen. Ik voelde mij miskend. Ontvangen kon ik al helemaal niet meer. En juist dit droeg bij aan de stress en resulteerde uiteindelijk in een burn-out op 33-jarige leeftijd. Dat was het keerpunt. 

Cognitieve gedragstherapie

Me ziekmelden, bezoek aan de huisarts, de arbo-arts, een hele reeks gesprekken en EMDR met een psycholoog om oude trauma’s op te ruimen. Wandelen, gezond eten, ontgiften, voldoende slapen, sporten, rust en cognitieve gedragstherapie. Dat moest eraan te pas komen voor ik oorzaak-gevolg kon zien in mijn niet-meer-helpende gedragspatronen. En mijn gedrag kon omkeren. Wat heb ik ontdekt? 

Ik ben een pleaser die moet stoppen met aardig doen om de regie over mijn eigen leven te pakken.

Hoe ging dat in zijn werk? En voor jou, als je ook een pleaser bent: Hoe pak je dat dan aan?

Stap 1: Snappen wat er aan de hand is

De eerste stap naar verandering is snappen welk mechanisme jouw gedrag bepaalt. Hier volledig de verantwoordelijkheid voor te nemen en bij jezelf te onderzoeken hoe het mechanisme in jou werkt. Daarvoor moet je steeds ‘als een helikoptertje boven jezelf vliegen’ om je eigen gedachten en gevoelens te observeren. Wat gebeurt er? Wat denk ik daarbij? Wat is mijn gevoel hierover? Sommige mensen schrijven dit ook op. Dat kan helpen om patronen te ontdekken in je pleasegedrag. En de destructieve werking ervan voor jou te onderkennen.

Stap 2: Onderzoek jouw verlangens 

De verandering van jouw leven zit in jou. Ga daarom op zoek naar wat jij leuk vindt. Wat jij zou willen in het leven. Dat kan een heel lastige opdracht zijn als je geen idee hebt omdat je net als ik zo lang aan jezelf voorbij bent gegaan. Begin dan eerst te onderzoeken welke gedachten je boos maken. Waar je teleurgesteld in bent. Je verlangt dan waarschijnlijk precies het tegenovergestelde. Door te reflecteren op je eigen wensen en behoeften, kun je een beter beeld krijgen van wie je werkelijk bent en wat jou gelukkig maakt, betekenis aan jouw leven geeft. Dat begint al met te voelen welk signaal je lijf geeft als je voor een keuze staat. Vertraag, voel, vertrouw je lichaam, merk op. Het doe is uit te vinden waar jij warm voor loopt en waarvoor jouw hart een sprongetje maakt?

Stap 3: Stop met aardig doen

Stoppen met aardig doen? Stel grenzen. Reuze spannend natuurlijk, zeker als je altijd gewend bent geweest de lieve vrede te bewaren. Stap 1 en 2 hebben je er waarschijnlijk al van doordrongen dat je afscheid moet nemen van het mechanisme pleasen. Dat leer je stapje bij beetje door ‘nee’ te zeggen tegen alles wat jouw eigen welzijn niet dient. En ‘ja’ tegen wat goed is voor jou. Begin met kleine stapjes en bouw je zelfvertrouwen op. Onthoud dat het respecteren van je eigen grenzen net zo belangrijk is als het respecteren van die van anderen. Als je dit voor ogen houdt, heeft het niets met egoïsme te maken en mag je je oude oordeel hierop laten varen. 

Stap 4: Neem risico’s

Pleasen was je houvast en het leverde je ooit een zekere mate van bestaansrecht op. Nu weet je ineens niet meer precies waar je je bestaansrecht vandaan moet halen. Maar neem van mij aan: je bent er. Dus dat bestaansrecht heb je gewoon. Wat anderen denken of verwachten, doet er niet meer toe. Stop dus met aardig doen. Wie jou niet waardeert om wie je bent, is jouw inspanning al helemaal niet waard. Stop dan ook met bang zijn om afgewezen te worden. Want juist de angst houdt pleasegedrag in stand. Neem kleine risico’s en zie je angsten onder ogen. Zo kun je de angst stap voor stap overwinnen. 

Stap 5: Heel je innerlijke kind

Nu, in volwassenheid, ben je niet meer in levensgevaar als iemand je niet ziet of waardeert. Maar je innerlijke kind, dat ooit het pleasegedrag ontwikkelde, heeft jouw volwassen zorg en liefde hard nodig. Word je eigen liefhebbende vader of moeder. Werk actief aan het helen van oude wonden met therapie, meditatie en/of creatieve expressie. Als je voor je innerlijke kind zorgt, het erkent en troost, kun je jezelf leren accepteren en de regie pakken over je eigen leven.

Stap 6: Beoefen mildheid 

Wees trots als je voor jezelf durft te kiezen en wees mild voor jezelf als je terugvalt. Ook na jaren nog. Pleasepatroon is hardnekkig. Nieuwe levenssituaties kunnen je overlevingsinstinct weer aanzetten. Je boort in het leven steeds diepere lagen van emoties aan, waardoor je voor je gevoel weer terug bij ‘af’ kunt zijn. Veroordeel jezelf hier niet om. Wees mild. Zet gewoon weer je helikoptertje aan, herken het mechanisme, glimlach en begin weer bij stap één. Je zult zien dat je het proces steeds sneller doorloopt en je je weer herinnert wie er voor jou zorgt: JIJ.

Regie over jouw eigen leven

Na jouw zoektocht wens ik je toe dat je net als ik op het pad van heling terug kunt kijken en vaststellen dat pleasegedrag ooit een nuttige strategie was, maar het je groei en geluk als volwassene belemmerde. Dat je door zelfbewustzijn te ontwikkelen, je verlangens te onderzoeken, grenzen te stellen, je angsten te overwinnen en het innerlijke kind te helen, de regie over jezelf kon terugpakken. Stapje voor stapje en met oefenen, vallen en opstaan worden wie je bedoeld was te zijn: een authentieke, gelukkige en vervulde versie van jezelf. 

Kies nu voor jezelf

De zes stappen van mijn helingsproces beveel ik ook andere pleasers van harte aan. Ben jij er klaar mee om te geven, geven, geven en niet te krijgen? Wil je de regie over je eigen leven terug durven pakken en jouw authentieke stralende zelf worden die je bedoeld bent te zijn? Meld je aan voor een kennismaking. Kosteloos en vrijblijvend.

‘Er is iets met mijn kind’ [deel 3/3]

er isiets met mijn kind, ASS, PDD-NOS, neurodiversiteit, autisme, zoon, ouders, opvoeden, zoektocht

‘Er is iets met mijn kind’

Eenmaal thuis heb ik onze zoon uitgelegd dat de juf het niet slecht bedoelde en dat hij er zelf niets aan kan doen dat het ging zoals het ging. Dat hij altijd zijn best is blijven doen, hoe moeilijk het ook voor hem was. Dat ik niet zou rusten voordat we de perfecte plek voor hem hadden gevonden, waar hij zichzelf kon zijn en weer kon lachen.

Lange adem

Vanaf het moment dat wij aan de bel trokken dat onze zoon niet gelukkig meer was tot het moment dat we hem van school haalden, waren vier jaren verstreken. In die tijd heeft hij met een heel leger aan hulpverleners te maken gehad, de één succesvoller dan de ander. Psycholoog, psychiater, fysiotherapeut, ritmisch masseur, huisarts, schoolarts, speltherapeut, pedagogisch begeleider… overal heeft hij welwillend aan meegewerkt. Hij wist heel goed dat hij ongelukkig was. ‘Als het maar helpt, zo gaat het ook niet, terwijl ik zó mijn best doe.’

Ommekeer

Gelukkig hadden we de rugzak en hoefde onze zoon niet lang thuis te zitten. Na de herfstvakantie kon hij beginnen op het Speciaal Onderwijs. Al in de eerste week op zijn nieuwe school zagen we onze zoon weer terug, die we op vierjarige leeftijd waren verloren. Zijn autisme was natuurlijk niet over, dat gaat nooit over, maar hij leerde ermee omgaan. Sinds hij daar zat heeft hij de hele basisschool geen therapie meer gehad. Na schooltijd had hij energie over om zijn pianostudie te doen en hij kon in een groepje schaats- en skeelertraining volgen. Hij ging op eigen verzoek naar een reguliere naschoolse opvang.

Wat deze school hem bood is een veilige plek tussen kinderen die allemaal ‘iets hebben’. Er zijn strenge regels en duidelijke consequenties, er wordt gelachen en iedereen accepteert elkaars eigenaardigheden. Het is een plek waar rust heerst en discipline, maar met een milde ondertoon. Als je de leerkrachten vraagt waar het hem in zit, kunnen ze je dat niet eens precies duiden, zo verweven is hun handelen met de behoefte van deze kinderen.

Wat ze op school doen en wat de kunst is, is elk kind te zien in eerste instantie als kind met ontwikkelingskansen. Steeds aansluiten bij de mentale leeftijd en ontwikkeling van het kind Op Dit Moment op dat specifieke gebied. En het kind begrenzen. Veiligheid bieden om zich te ontplooien.

Ten slotte

De zoektocht als ouders naar onze zoon is universeel. Ouders die de kracht in zichzelf moeten zoeken en kunnen vinden, als zij aangemoedigd worden en gesteund. Dat hoop ik hiermee ook over te brengen. Onze zoektocht was met dit verhaal niet ten einde. De opvoeding ook niet. Vele uitdagingen volgden. Veel had ik aan het maandelijkse auticafé waar deskundigen over ASS en ADhD aan het woord kwamen. Ik las vele boeken, tijdschriften, bezocht gespreksgroepen en volgde cursussen. Alles om onze zoon beter te leren begeleiden.

Ben jij ook op zoek naar de juiste handvatten voor jouw kind, heb je behoefte aan een luisterend oor, een ervaringsdeskundige en coach die met je mee kan puzzelen? Aarzel niet om contact op te nemen.

“Er is iets met mijn kind’ [deel 2/3]

neurodivers, ASS, kind, zoon, er is iets met mijn kind, opvoeden, ouder, zoektocht

‘Er is iets met mijn kind’

Het Grote Zoeken

Mijn man en ik hebben instanties gebeld, informatie ingewonnen, gesprekken gevoerd. Moeten wij onze zoon laten testen en zo ja, wat schieten we ermee op? Is ons kind ermee geholpen als we weten wat er is? Wie heeft er eigenlijk een probleem? Wegen de voordelen van een diagnose op tegen de stigmatiserende nadelen?

Uiteindelijk hebben we besloten hem te laten testen. Er moest toch íets gebeuren. Het heeft een heel schooljaar geduurd voordat er een diagnose was. Deze luidde: Autisme Spectrum Stoornis, PDD-NOS Asperger-profiel. Dat kwam niet als verrassing, maar eigenlijk wisten we toen nóg niets. Autisme, een aangeboren defect in de hersenen, waar hij zijn hele leven mee blijft kampen. Een erfelijke aandoening die vier keer zo vaak bij jongens voorkomt als bij meisjes. En een IQ van hoger dan 120.

Overprikkeld

Op school kon onze zoon zich sociaal niet goed handhaven. Hij was overprikkeld en reageerde zijn frustraties fysiek af op de personen die letterlijk het dichtst bij hem stonden. Dit leverde voor ons als ouders ook vaak lastige situaties op, want andere ouders namen ons zijn gedrag kwalijk. ‘Of wij onze zoon niet wat beter op konden voeden’. Hij had immers hun kind pijn gedaan, iets van hen stukgemaakt of afgepakt.

Rugzak

Het heeft daarna weer een heel schooljaar geduurd voor de rugzakaanvraag gehonoreerd werd; de sleutel naar hulp op school en tegelijkertijd de toegang naar het Speciaal Onderwijs. Nog steeds zat ik elke drie weken op school om de tafel met de juf. Om strategieën uit te leggen, stickerkaarten toe te lichten, een rustige hoek te bouwen met MP3-speler en oordoppen, om haar aan te moedigen om de klasgenootjes in te lichten over de diagnose… en al die tijd herinnerde ik me de goedlachse jongen die onze zoon was en die nu al jaren niet meer straalde.

Pas in groep 6 kwam een ambulant begeleider de situatie op school observeren. Tegen die tijd hadden wij thuis een zielig hoopje kind van negen jaar, depressief, uitgeput en met een doodswens. Ook wij waren doodop.

De druppel

Op een vrijdagmorgen eind september, het schooljaar was net begonnen, belde de juf mij op mijn werk. Of ik alsjeblieft meteen wilde komen. Onze zoon had haar met een schaar bedreigd. Zij had hem in haar wanhoop, woede en schrik door elkaar geschud en tegen hem geschreeuwd, waarna hij het schoolplein afgerend was. Ze had geen idee waar hij nu was.

Dit was voor mij de druppel die de emmer deed overlopen. Als het mij zoveel energie kostte en het bleef maar moeilijker worden voor hem op school, dan moest er iets anders gebeuren. Ik had geen idee wat dat moest zijn, maar ik heb hem gezocht, gevonden, meegenomen naar huis en hem verzekerd dat hij niet meer naar deze school terug hoefde. Nooit meer. We hebben een lange boswandeling gemaakt en samen op een bankje een potje zitten janken.


————
🌟 Volgende week lees je het laatste deel van dit verhaal op mijn blogpagina en op LinkedIn

‘Er is iets met mijn kind’ [deel 1/3]

Zoon, autisme, ASS, neurodivers, opvoeden, zoektocht, er is iets met mijn kind

‘Er is iets met mijn kind’

Toen eenentwintig jaar geleden onze oudste zoon geboren werd en ik hem in zijn oogjes keek, wist ik direct dat het een bijzonder kind was. Zijn blauwe ogen stonden helder en keken dwars door mij heen in mijn ziel. Alsof hij met zijn ogen zei: ‘Mij maak je niks wijs. Ik weet alles al. En ik ken jou beter dan dat jij jezelf kent.’ Die blik ben ik niet vergeten. Ook niet de kwetsbaarheid die ik toen voelde.

Onze zoon ontwikkelde zich als baby normaal. Dat wil zeggen, er waren geen problemen. Zijn ontwikkeling verliep namelijk op veel fronten vlotter dan normaal. Met zeven maanden kon hij staan, op zijn eerste verjaardag liep hij en kon je al een heel gesprekje met hem voeren. Het was een tevreden gevoelig mannetje met een prachtige glimlach.

Als peuter kreeg hij een broertje. Bij thuiskomst uit het ziekenhuis kreeg de baby een flinke kopstoot van hem. Thuis kon ik hem geen seconde uit het oog verliezen als hij met de baby samen in de kamer was. In zijn spel op de peuterspeelzaal viel vooral op dat hij uitstekend alléén kon spelen.

Problemen

Op de kleuterleeftijd begonnen de ‘problemen’. Aanvankelijk had hij deze zelf niet, maar de juf en de kinderen in de klas wel. Het was moeilijk voor hem om zich te handhaven in de klas en tijdens de gymles was er letterlijk te veel ruimte voor hem en rende hij alleen maar rondjes.

Een andere basisschool leek uitkomst te bieden. In elk geval was er een voorspelbaar rooster, kortere schooldagen en veel gelegenheid om te spelen. Wat vooral opviel, was zijn ‘jonge’ gedrag. Sociaal-emotioneel liep hij ver achter bij zijn cognitieve vermogens. Zo kwam het dat de kleuterjuf hem doorschoof naar groep 3 omdat hij al kon lezen en schrijven, terwijl wij hem liever langer hadden laten kleuteren om meer te kunnen oefenen in samenspelen.

In groep drie ging het aanvankelijk lekker, de leerstof kon hij makkelijk aan. Wel klaagde hij dat de kinderen niet met hem wilden spelen. ‘Waarom begrijpen de kinderen mij niet?’. Elke drie weken zat ik bij de juf, die het allemaal goed bedoelde, maar duidelijk ook niet zo goed wist wat er moest gebeuren. In de loop van het schooljaar werd hij depressiever, kreeg hij slaapproblemen en driftbuien.

Scherven lijmen

Thuis zorgde ik voor structuur, voorspelbaarheid, ruimte om te ontprikkelen. Het was alsof ik elke dag uit school een hoopje scherven kreeg. Die lijmde ik dan zorgvuldig, om het de volgende dag weer naar school te brengen en weer in stukken terug te krijgen. Op een middag kwam hij thuis uit school, liet zich op de keukenvloer vallen en barstte in snikken uit ’Niemand vindt mij een lief jongetje. Was ik maar een engeltje gebleven!’. Dit was het moment dat mijn moederhart tegen mij schreeuwde: ‘zo gaat het niet langer, dit is een noodkreet, hier is meer aan de hand’.


———
🌟 Komende twee weken lees je op de blogpagina deel 2/3 en 3/3 van dit verhaal

Ik kon niet accepteren dat ik machteloos was als onze zoon iets onomkeerbaars zou doen.

loslaten en vertrouwen, blog, Wieteke Snijder, depressie, zoon,

Ik kon niet accepteren dat ik machteloos was als onze zoon iets onomkeerbaars zou doen.

Jarenlang was mijn mantra uit nood geboren ‘Stevig vasthouden, alles en iedereen bij elkaar houden’. Ik wist ergens wel dat loslaten en vertrouwen nodig was om zelf overeind te blijven, maar had geen idee hoe dat moest. En ik was letterlijk als de dood voor de gevolgen. Mijn angst bestond eruit dat als ik zou loslaten, dat onze zoon zou stoppen met leven.

Diepgewortelde angst

De angst was diepgeworteld en in zekere zin reëel. Onze zoon raakte in de loop van zijn puberjaren depressiever en depressiever. Toen hij veertien was, zag hij het leven niet meer zitten. Als moeder voelde ik mij totaal ontredderd. Voelde de verantwoordelijk voor zijn toestand zwaar op mij drukken, wilde redden wat er te redden viel en probeerde ondertussen voor zijn broertjes het leven zo gewoon mogelijk te laten zijn.

Curlingmoeder

Dat betekende in de praktijk dat ik overal op anticipeerde. Elke mogelijke hobbel wegpoetste voordat hij kon ontstaan. Glaasjes water in zijn kamer zette in de hoop dat hij iets zou drinken. Hulp inschakelde die hij niet wilde hebben. Ik herinner mij dat ik een zoveelste bange nacht huilend aan een psychiater vroeg wat ik moest doen als onze zoon uitgedroogd flauw zou vallen.

Machteloos

Ik kon niet accepteren dat ik machteloos was als onze zoon iets onomkeerbaars zou doen. De angst hield me in zijn greep. Het systeem waarin wij als gezin verzeild waren geraakt, hield de situatie in stand. Dat systeem moest doorbroken worden. Maar hoe moesten we dat aanpakken als onze zoon geen hulp wilde?

De bevrijding kwam pas toen ik écht kon loslaten

Ik móest inzien en leren accepteren dat onze zoon geen marionettepop is die je kunt aansturen. Dat we hem niet kunnen laten eten, drinken, poepen, uit bed komen, naar school gaan. Ik moest onder ogen zien dat ieder mens, ook onze zoon, zijn eigen pad te lopen heeft in het leven. Zijn eigen hoofd net zo hard en vaak moet stoten als nodig is om te leren wat hij in het leven te leren heeft. En dat dat echt beter gaat als ik loslaat.

Mijn verzet staken tegen wat is

Beginnen met loslaten kwam door het inzicht dat dat de enige manier was om door te kunnen. Dat begon met mijn verzet tegen wat er was te staken. Te accepteren dat ik het leven niet in de hand heb. Te erkennen dat ik weliswaar zijn moeder ben, maar machteloos ben en geen schuld draag. Loslaten betekent dat ik mijn angst onder ogen zie, en de moed heb om mijn handen te openen en met vertrouwen mijn spieren te ontspannen. Dat ik in overgave het leven toelaat zoals het zich aandient. Dat ik erop vertrouw dat mijn kind veerkrachtig is en door deze moeilijke periode heen komt. En de magie is: toen ik kon loslaten, kon onze zoon het woord ‘help’ uitspreken.

Loslaten en vertrouwen

Loslaten en vertrouwen. Het is een levenskunst die ik elke dag blijf beoefenen. Zodat ik met compassie en empathie er kan zijn voor mijn kind. Hem kan liefhebben en ondersteunen. En vertrouwen in zijn kracht.

Ook leren loslaten en vertrouwen? Graag ga ik met je de reis aan. Ik realiseer me dat dat spannend kan zijn. Als je liever niet belt, mail of DM me dan en geef aan op welke manier je contact wilt leggen. Je kunt ook contact met me opnemen via de contactpagina of bellen op 06 19 32 80 73.



Opgevoed door emotioneel onvolwassen ouder(s)

ouder(s), eenzaam, internaliseren, externaliseren, verlaten in de steek gelaten, emotioneel onvolwassen ouders, heling,

Opgevoed door emotioneel onvolwassen ouder(s)

In onze vroege jeugd weten we niet beter. Onze ouders zorgen voor ons. Of niet. Ze geven ons liefde. Of niet. Ze bieden ons bescherming. Of niet. En ze bieden fysieke, emotionele en psychische veiligheid. Of niet. Hoe de situatie ook is, we accepteren deze als normaal. 

Warm nest?

Ook al heeft het je fysiek misschien aan niets ontbroken, als je in je jeugd geborgenheid, veiligheid of liefde hebt gemist, werkt dat door in je volwassen leven. Je vraagt je wellicht af hoe het komt dat je je in de steek gelaten voelt binnen je eigen ouderlijk gezin. Je komt toch uit een ‘warm nest’, hebt toch veel fijne herinneringen? Hoe kan het dan dat je je tegenwoordig vaak eenzaam voelt?

Externaliseren 

Het kan zijn dat je externe factoren de schuld geeft van jouw ongeluk. Je bent van mening dat de situatie, een ander, een instituut, je ouders jouw leven hebben verpest. Het gedrag dat je daarbij laat zien, kan eruitzien als slachtoffer spelen, manipuleren of bijvoorbeeld driftbuien. Je uit je ongenoegen naar buiten, waar volgens jou de oorsprong van je ongemak ligt. Je externaliseert.

Internaliseren 

Groter is de kans dat je concludeert dat je ongelukkige gevoel je eigen schuld wel zal zijn. Je wijt je ongeluk aan jezelf, concludeert dat je de aandacht en zorg van anderen niet waard bent. En dat je anderen niet moet lastigvallen met jouw gedoe. Je maakt je onzichtbaar. Past je aan, praat minder of helemaal niet over je gevoelens. Vindt het zelfs moeilijk om te weten wát je voelt. Of vindt het egoïstisch om met jezelf bezig te zijn. Je internaliseert.

Onvolwassen ouder(s)

In beide gevallen is de kans groot dat je opgevoed bent door emotioneel onvolwassen ouders. Of emotioneel niet beschikbare ouders. Narcistische, afstandelijke of afwijzende ouders. Ouders die het te druk hebben (gehad) met hun eigen gedoe om zich over jouw welbevinden te bekommeren. Niet bewust, nee, meestal niet. Vaak ook met de beste bedoelingen. Niet per sé verwijtbaar. Maar de gevolgen van het gemis aan liefde, belangstelling en geborgenheid zijn er bij jou wel.

Heling is mogelijk

Zonder het nu te hebben over schuld of vergelding, kun je in het reine komen met de werkelijkheid. Inzien waarom jouw pogingen tot een goed gesprek met je ouder(s) op niets uitliepen. Hoe het komt dat je ouder(s) je niet de liefde, zorg en aandacht konden geven die je nodig had als kind. Inzicht in de ongezonde dynamiek die er was in je ouderlijk gezin kan je helpen om een nieuwe houding aan te leren tegenover je vader en/of moeder. Zodat de geschiedenis zich niet hoeft te herhalen. 

Gelukkig is het nooit te laat. Ook als je ouder(s) niet meer onder ons zijn, is heling mogelijk.

Ouder van een pittig kind

Een pittig kind triggert je voortdurend. Hoe zorg je goed voor jezelf, vind je balans in je leven en kun je de liefde voor je kind weer voelen stromen?

Het kind dat de meeste liefde nodig heeft, zal er op de meest onprettige manier om vragen.

Uitgaande van een gezonde situatie houdt iedere ouder van zijn kind. Toch kan het soms voorkomen dat het gedrag van je kind bij jou op precies die knopjes drukt dat je merkt dat je je onmachtig, boos of zelfs haatdragend voelt worden jegens je kind. Als je dit ervaart, is het goed mogelijk dat je een pittig kind hebt. En is het tijd om aan de bel te trekken en hulp te zoeken. 

Kwetsend

Kinderen weten feilloos jouw kwetsbare plekken te vinden en raken je daar naar hartenlust. Het idee kan dan in je opkomen dat ze dit met opzet doen om jou pijn te doen. Om jou te raken en dwars te zitten. Dat is niet zo. Er bestaan geen slechte mensen, alleen beschadigde mensen. Kinderen uiten met hun gedrag dat ze iets nodig hebben van je. Ze spiegelen je. Dat gebeurt onbewust en uit onkunde. Niet uit onwil.

Tropisch eiland

Dat wetende en misschien zelfs al accepterende, heb je nog steeds ontzettend last van het gedrag van je kind. Het kind drijft je met zijn gedrag tot wanhoop. Je bent constant bezig met politieagent spelen, brandjes blussen en vraagt je af waar het heen moet met dit kind. Doodmoe word je ervan. Je betrapt jezelf misschien wel op lelijke gedachten jegens je kind. Of wenst jezelf naar een tropisch eiland om af te zijn van het gedoe.

Pittig kind

Vermoedelijk heb je te maken met een pittig kind. Een kind met een sterke wil, een stevig temperament of een kind dat zelfs fysiek behoorlijk aanwezig is. Met al die facetten kun je leren dealen als je zijn gebruiksaanwijzing leert. Daarnaast heb je waarschijnlijk te maken met je eigen oude pijn en trauma’s, die jouw kind zo goed weet te beroeren. Ook kan het zijn dat je nogal veel hooi op je vork hebt,door een moeilijke of emotionele periode gaat, overbelast bent of in de rouw en je het gedoe met je kind(eren) er gewoonweg niet bij kunt hebben. En meestal drukt het gedoe met je kind ook nog op je (co-ouderschaps)relatie.

Keer het om

Als je kunt zien dat je kind handelt uit onmacht én je het gedrag van je kind kunt gaan zien als leerstof in jouw leven, geeft je kind je een cadeau in plaats van een probleem. Je situatie is dan niet veranderd, maar je kijkt er anders tegenaan. ‘Help’ zeggen is dan misschien een stapje dichterbij gekomen. 

De volgende stap

Met coaching kan ik je helpen uitpluizen wat jouw pittige kind van je nodig heeft én hoe jij jezelf kunt uitrusten om overeind te blijven. Om niet alleen overeind te blijven, maar je mooiste leven te leven samen met je kind. Ook kun je gaan werken aan het helen van oude pijn, aandacht voor zelfzorg en zelfliefde. Om in verbinding met je kind zelfverzekerd de toekomst in te stappen.